Het eerste wat je opvalt aan Demon’s Souls is de grafische kwaliteit die deze PS5 launch titel op de mat legt.
Niemand had verwacht dat de titel kwam, toen deze uiteindelijk werd onthuld zagen de beelden er al goed uit. En nu de game uit is, is het nog meer genieten. Het koninkrijk gehuld in mist ziet er geweldig uit. De omgeving is zo heerlijk vormgegeven en de details komen naar je toe, van een wapperende vlam tot een modderige plas. Tussen het vechten door adviseer ik dan ook lekker je tijd te nemen om te genieten. Maar, dit is niet het enige stukje waar de PS5 zijn kracht laat zien.
Als we de nieuwe Dualsense controller even bekijken, maakt de game echt een flinke sprong ten opzichte van het origineel. De combinatie met audio door de controller, de haptic feedback maakt dat er nog meer diepgang in je game komt te liggen. Natuurlijk heb je het standaard gekletter van zwaarden, maar zodra je een vijand weet te finishen dan rijg je het zwaard zo heerlijk door het lichaam heen, dit geluid komt echt binnen. Maar laat dit alles je niet afleiden van de essentie van de game, voor je het weet lig je namelijk dood op de grond. De game mag dan wel compleet opnieuw zijn opgebouwd, dat is niet ten koste gegaan van de moeilijkheid. De PS5 versie van de titel voorziet je wel in wat kleine handigheidjes, zoals het oproepen van tips en trucs om verder te komen, deze zijn er in de vorm korte video’s en worden vastgezet aan de zijkant van je scherm. Zo kan je dit combineren met kijken en spelen.
Die geluiden waar ik eerder over sprak die uit je controller komen, deze kunnen je ook assisteren, zo kan het zijn dat er een vijand achter je staat of juist een verborgen locatie in de buurt is. Het is heerlijk uitgedacht en ik moet zeggen dat ik het erg lekker werkt. Na een tijdje wen je eraan en reageer je er ook sneller op.
Al deze toevoegingen maken de game een echt genot om door te spelen, het is een genot. Enkel blijft de game een Souls titel, dit betekend dat als je dood gaat je weer van voor af aan begint. Het daagt je uit het level te leren, gangen te verkennen, de vijanden te leren en te onthouden. Leer hoe je de vijanden snel en zonder schade uitschakelde, leer pareren en ontwijken. Zo kom je plots vijanden tegen die nog een maatje te groot zijn, helaas je begint weer opnieuw. Dan nemen we een andere route, verzamel de zielen die je nodig hebt en keer even terug naar de Nexus, je hub basis. Hier kan je in ruil van zielen je wapens en gear repareren en upgraden. Na een paar pogingen kan je dan uiteindelijk die vijand ook afmaken en zo weer een stuk dieper het level in duiken. Zo kom je des te verder je komt ook spawn punten tegen. Dit voelde voor mij soms echt als een bevrijding. Zo kon ik meteen een stuk verder inspawnen en wel de diepte in duiken. Wat extreem leuk is is het omzetten van schakelaars en deuren te openen. Als je dan weer terug keert kan je ervoor gezorgd hebben dat je een kortere route beschikbaar hebt gemaakt.
Dit alles wordt je helaas niet uitgelegd en vind je eigenlijk allemaal zelf uit. De game heeft een korte basis instructie over het avontuur en daarna is het gaan. Er is niet echt een tutorial, behalve die hulp vdeo’s dan. Maar de game heeft gewoon een lekkere drempel. De items in je inventory komen met een aparte beschrijving en dat maakt dat je zelf even goed moet nadenken. Alles in de game is op een self learning basis gemaakt, je gaat niet ergens vinden van ja als je nu dit en dit doet worden je stats beter. Nee, dit mag je geheel zelf uitzoeken. Het geeft de game wel dat extra stukje setting en blijft dan ook trouw aan zijn kern.
Demon’s Souls is dan ook een heerlijke, maar zeker ook frustrerende titel die er op Next Gen geweldig uitziet. Voor nieuwkomers van de titel zal het echt even wennen zijn, waar we de afgelopen jaren diverse titels kregen met een veel save points. Deze game gaat echt je geduld op de proef stellen.