Als trotse Xbox Series X-bezitter vond ik het wel eens tijd worden voor een top-game, die niet ook nog eens uitkomt voor de vorige generatie spelcomputers (Xbox One). Zo eentje die nieuwe dingen doet, je urenlang bezig kan houden en ook nog eens prachtig eruit ziet. De hoop is volledig gevestigd op twee Xbox-titels, die dit jaar moeten uitkomen, en misschien nog wel eens sterk genoeg zijn om de hardnekkigste Xbox-fan een tijd lang te kunnen pleasen. Waar we binnenkort aan de slag kunnen met Forza Motorsport, kregen we vorige maand te maken met Starfield, van de makers van de Fallout-serie en Skyrim. Is dit dan zo’n game die nieuwe dingen doet, je urenlang bezig kan houden en alleen op de nieuwste generatie Xboxen gespeeld kan worden? Ja!
Laten we meteen met de deur in huis vallen, Starfield is een hele grote game, maar hoe lang hij duurt ligt volledig aan jou. Starfield is ook een erg diepe game, maar hoe leuk hij is ligt óók volledig aan jou. Een beetje gamereview meld je altijd dat ‘de game niet voor iedereen is’, maar bij een game als Starfield ontkom je er niet aan dit veelgebruikte cliché te gebruiken. Het hangt er een beetje vanaf wat je verwachting vooraf was nadat de game inmiddels al jaren geleden werd aangekondigd. Tel daarbij op dat Starfield de overbekende ‘Bethesda’-saus heeft, die je eerder terugzag in klassiekers als Fallout 3 en The Elder Scrolls: Oblivion/Skyrim en dat kan zo nu en dan wat ouderwets overkomen, maar daarover later meer.
Het begin
In starfield maak jij een eigen personage aan, die je vervolgens een aantal eigenschappen meegeeft. Verwacht daarin weinig schokkends, maar je kiest of je meer een soldaat bent bijvoorbeeld of meer een charmeur. Daarnaast voeg je nog wat traits toe en een achtergrondverhaal en klaar is Kees, of in mijn geval Henk. Vervolgens begin je jouw eerste werkdag als mijner en precies op die dag graaft men door een muur heen, waarachter zich een mysterieuze artefact bevindt. Nadat je die hebt verzameld krijg je een wazig visioen te zien en ben je even knock-out. Zodra je bijkomt krijg je de mogelijkheid om je aan te sluiten aan een groep die de artefacten onderzoekt en de daarbij behorende visioenen. Wat betekenen deze visioenen? Wie is de maker van de artefacten?
Het bovenstaande verhaal is de inleiding in een notendop, maar daarnaast zijn er nog vele andere verhalen te vinden in Starfield. Het volgen van de main story zal je sneller naar het einde brengen dan ik je aanraad, want het is veel fijner je gewoon onder te dompelen in al het moois dat Starfield op het gebied van verhaal heeft te bieden. Er zijn zo ontzettend veel verschillende side missions, die ook allemaal netjes verzorgd zijn en een andere kijk bieden op de prachtige wereld van Starfield. Deze allemaal overslaan zou erg zonde zijn, omdat je zo minder mee krijgt van het zorgvuldig opgebouwde universum.
Inspiratie + Bethesda-saus = Starfield
Eerder in deze review gaf ik aan dat de verwachting die iemand had of heeft van Starfield mee kan spelen in jouw beoordeling van de game. Als jij bijvoorbeeld dacht dat Starfield een grote openwereldgame is, waarbij je á la No Man’s Sky van planeet naar planeet vliegt, dan kan het zomaar eens zijn dat je teleurgesteld bent in de game. Daarnaast kan het ook zijn dat je dacht dat het meer sci-fi á la Mass Effect zou zijn, waarbij je net als in Star Trek met allerlei verschillende soorten aliens kan praten. Dan ga je Starfield nog wel eens erg saai vinden, want men heeft gekozen voor een NASA-variant op sci-fi, waarbij men de NASA en hun apparatuur als startpunt voor de fantasie heeft gebruikt. Hierdoor komt alles superrealistisch over, ondanks dat de game zich ver in de toekomst afspeelt.
Verder zullen fans van Bethesda-games bekend zijn met de Bethesda-saus en dat is zeker geen kritiek. Ontiegelijk veel voorwerpen, eetbare dingen en mechanieken zitten verwerkt in de game, die net zo werken als in bijvoorbeeld Skyrim. Misschien is Starfield niet de mooiste game ooit, maar door alle details zoals alle oppakbare voorwerpen merk je wel dat de game ongelooflijk diep is en dat de makers veel tijd hebben besteed aan de kleinste details. Alle voorwerpen kun je ook nog eens van alle kanten bekijken en draaien in je menu’s. Je speelt zijmissies vrij door met mensen te praten en daarnaast kun je lekker zelf op pad gaan. De manier waarop je alle missies doorloopt en de wereld onderzoekt, het heeft allemaal erg veel weg van eerdere Bethesda-games, zie het als een evolutie van de bekende formule, aangedikt door de ruimtesetting.
Ruimte is niet echt
Daarnaast is de game helemaal niet openwereld! Sterker nog, je komt veel vaker laadschermpjes tegen dan je lief is en dat neemt absoluut wat weg van de immersie, al is het natuurlijk prima uitlegbaar. In Starfield reis jij van sterrenstelsel naar sterrenstelsel, waarbij planeten in zijn geheel in het spel zijn verwerkt. Telkens word jij getrakteerd op een laadscherm als je naar een andere planeet vliegt, maar ook het opstijgen van de planeet gaat gepaard met een filmpje en daarna een laadscherm. Zelfs in gebouwen kun je een laadscherm tegenkomen bij het enteren van liften, kamers en deuren. Nogmaals, dit haalt absoluut wat weg van de immersie, al raak je er na verloop van tijd aan gewend.
Na het opstijgen kom je in ‘de ruimte’ terecht, waar je de planeet ziet en vervolgens daar niet zomaar even heen kan vliegen. Het fungeert als hub naar de planeet, maar ook geeft het je het gevoel dat je daadwerkelijk voor een planeet vliegt. Je kunt hiervandaan niet rechtstreeks naar de planeet vliegen, zelfs als je het probeert vlieg je uiteindelijk door de planeet heen (na urenlang vliegen). Constant ga jij van laadscherm naar laadscherm, terwijl het ruimtereizen vooral lijkt beperkt tot ‘fast travel’, waarbij je op een icoontje klikt van een locatie op een planeet en daarna een filmpje de rest doet. Men lijkt te hebben gekozen voor een ‘realistische’ aanpak, waarbij een lichtjaar vliegen ook bijna een lichtjaar duurt, dus wees blij dat je zoveel gebruikt maakt van fast travel, al had ik het ook wel prima gevonden als de afstanden en snelheden in de game wat minder realistisch waren geweest en je als je daardoor wel door de ruimte had kunnen reizen had dit bijgedragen aan de immersie.
De planeten
De game heeft meer dan duizend planeten en deze zijn ook echt enorm groot, waardoor het niet gek is dat deze planeten willekeurig gegenereerd zijn. Daar heb ik veel kritiek over gehoord en gelezen, maar het is begrijpelijk. Ja, ze hadden kleinere versies kunnen maken van planeten, maar ondanks dat je zoveel planeten kunt bewandelen is dit niet echt het punt van de game. Het is op het moment onmogelijk om elke planeet uniek te maken en vol te stoppen met interessante dingen, dus deze manier van aanpak is prima. Je kunt nog steeds landen waar je wil op een planeet, mits deze natuurlijk te betreden is. Verder heb je geen voertuigen tot je beschikking op de planeten, waardoor je alle te voet moet doen. Planeten dienen vooral voor de immersie en het totale plaatje.
Overigens krijg je, waar je ook op een planeet landt, altijd te maken met bepaalde ‘bezienswaardigheden’ in de buurt. Je scant je omgeving en daarbij krijg icoontjes te zien, die aangeven of er in de buurt een natuurlijk fenomeen valt te vinden, maar ook grotten en gebouwen. Ook vind je bepaalde elementen en grondstoffen op elke planeet, die je ook weer kunt scannen, net zoals alle dieren en planten die je onderweg tegenkomt. Het geeft wel een verslavende gameplayloop, waarbij je land op een planeet, de omgeving scant op dieren, planten en andere punten van interesse. Zie je een nieuwe plant? Scan deze, maar vindt er ook meer van, want hoe meer je van een soort scant, hoe meer info je krijgt over deze soort.
Dieren kom je ook tegen en het werkt net zoals op aarde. Sommige dieren doen gewoon hun ding en vallen je nooit aan, terwijl andere dieren je bijvoorbeeld alleen aanvallen als ze zich bedreigt voelen en als laatste heb je natuurlijk de groep die jou gaat aanvallen, no matter what. Ze kunnen echter ook elkaar aanvallen en dat geeft veel plezier. Natuurlijk, zoiets is al vaker gedaan in games, maar het blijft altijd erg plezierig om voor je neus te zien gebeuren. Daarnaast kun je er gebruik van maken door ze eerst te laten vechten en bij afleiding zelf ten aanval te gaan. Uiteraard zijn er veel verschillende levels die zo’n beest kan hebben en is het bijvoorbeeld niet aan te raden beesten met hoge levels aan te gaan vallen als jij nog maar over een laag level beschikt. Er is veel variatie in de dieren, omdat ook deze willekeurig gegenereerd worden, net als in No Man’s Sky. Hierdoor zien sommige beesten er wat vreemd uit, maar dat misstaat natuurlijk niet in een game waar je verschillende planeten bezoekt.
Systemen
Zoals in elke Bethesda-game, zit de boel weer vol met allerlei systeempjes. Door het vinden van spullen en dingen kun je allerlei andere spullen en dingen craften, koken en naaien. In de game zijn er verschillende plekken waar je dit kunt doen, zoals in je schip, maar je komt ze ook tegen op andere plekken, zoals in de gebouwen op andere planeten. Als je teveel spullen bij je hebt dan gaat dit ten kosten van je zuurstofgebruik en dat gaat je vaak gebeuren, omdat de game boordevol met spullen zit. Gelukkig zijn er ook veel plekken waar je deze op kunt slaan, zodat jij weer op zoek kunt gaan naar een shitload nieuwe spullen. Het probleem is echter dat je niet meer kunt fast travelen als je teveel spullen op zak hebt en dus komt het regelmatig voor dat je allerlei spullen moet gaan droppen om niet vele kilometers moet gaan lopen.
Gelukkig heb je veel opslagruimte in je schip, maar je kunt ook kisten en dergelijke gebruiken die je onderweg tegenkomt, ze beloven bij Bethesda dat de game blijft onthouden waar jij je spullen hebt neergelegd, ongeacht op welke planeet dit ook is. Gelukkig kun je deze spullen ook allemaal verkopen bij verschillende punten op verschillende planeten in de game. Bij dit soort punten kun je aangeven dat je spullen uit je inventory wil verkopen, maar je hebt ook de optie spullen vanuit je schip te verkopen, waardoor je dus niet constant heen en weer moet gaan lopen van je opslag naar de winkel.
Natuurlijk kun je weer helemaal losgaan met de skilltrees, die dit keer erg uitgebreid zijn. Deze skills speel je vrij door bepaalde acties uit te voeren, die vaak specifiek verbonden zijn met de skill-categorie. Hierdoor verdeel je niet alleen maar wat skillpoints, maar word je ook gedwongen wat meer te experimenteren. Het aantal opties en paden in de skilltrees zijn enorm divers en uitgebreid, waardoor je nóg meer uit de game haalt. Uiteraard zijn er vele wapens te vinden in de game, variërend van bijlen tot aan zware vuurwapens. Ze schieten ook allemaal anders en voelen anders aan, al is het verder geen Halo of zo. Toch moet ik zeggen dat dit tot nu toe de best uitgewerkte shoot mechanics zijn in een Bethesda-RPG, veel beter dan in de Fallout-games. Helaas hebben de NPC’s niet altijd de meest geavanceerde AI’s tot hun beschikking, maar het geheel knalt allemaal lekker weg en de wapens voelen meestal goed aan.
Graphics en sounds
Starfield is op het eerste gezicht niet de mooiste game ooit, maar over smaak valt niet te twisten. Ja, de planeten zijn veelal kaal en leeg, maar dat is juist realistisch, aangezien je dat nu ook zo tegen zou komen in het echt op zo’n planeet. Als je ook maar een beetje interesse hebt in de ruimte en zijn planeten, dan kun je niet anders dan respect hebben voor het werk dat Bethesda hier heeft geleverd. Je kunt ook veel zonnestelsels bekijken, planeten scannen, info bekijken over bijvoorbeeld de temperaturen op zo’n planeet en mijn dochter vind het heerlijk om urenlang alle planeten in alle zonnestelsels te bekijken, dus we doen dit vaak.
Veel planeten zijn redelijk goed gemaakt en komen overeen met de echte planeten, al ben ik daar verder in het echt nog nooit geweest. Het wil niet altijd helemaal kloppen, zo is Titan geen totale ijsmaan, maar ziet het er verder uit als een normale maan, terwijl een ijsmaan in de buurt dan weer wél een ijzige oppervlakte heeft. De ruimteschepen zien er ook mooi uit en deze vliegen geloofwaardig genoeg. Het blijft een mooi gebeuren als ik in het donker over een planeet heenloop en er ineens een ruimteschip komt landen met alle lichteffecten van dien. Daarnaast kunnen er ook zomaar vijanden uit het schip komen, die jou graag komen neerschieten.
De steden in de game zijn groter dan in vorige Bethesda-games, maar verwacht geen Cyberpunk-achtige toestanden. Al komt Neon aardig in de buurt, zeker ’s nachts, waarbij de stad prachtig wordt belicht door neonkleuren en het verder altijd regent. Het is verder wel erg jammer dat de game draait op 30 frames per seconde, al is het niet vreemd met de grootse opzet van de game. Waarschijnlijk moeten we een generatie consoles wachten om Starfield later alsnog in 60 fps te kunnen spelen. Nogmaals, het is begrijpelijk en jammer, maar uiteindelijk haalt het niet veel weg van de totale ervaring.
De details in de ruimteschepen, maar ook de gebouwen zijn bijzonder mooi gemaakt. Het dompelt je onder in een zorgvuldig vormgegeven wereld, die in alles NASA-realistisch is. Maar ook de sounds helpen goed mee. Zodra je bijvoorbeeld aan de slag gaat in je research station, gaat dit gepaard met oude computergeluiden en kraakjes, maar op de een of andere manier raakt het de juiste snaar bij mij. Ook de muziek mag er wezen, die uiteraard netjes opzweept bij gevaar en verder mooi episch aanvoelt tijdens het reizen door de ruimte. Alle teksten zijn overigens ingesproken, waarbij sommige personages goed uit de verf komen, terwijl andere tenenkrommend slecht zijn ingesproken, vaak met een veel te aangezet accent.
Conclusie
Als jij Starfield wil spelen om het ruimtereizen of exploren van planeten, dan kun je nog wel eens teleurgesteld zijn. Het is verder ook zeker niet de beste RPG of FPS op de markt, maar ook in het ruimtereizen zijn er veel games die het beter doen. Wat Starfield vooral onuitstaanbaar aantrekkelijk maakt is de optelsom van alle losse delen. De totale ervaring van alle systemen, ideeën en gameplay bij elkaar zorgen voor een geloofwaardige setting en bij ruimtenerds als ik raakt het precies de juiste snaar. Ja, de laadschermpjes halen je in het begin nog wel eens uit de fantasie, maar zodra je aan de structuur bent gewend van Starfield laat het je voorlopig niet meer los. Tot nu toe veruit de beste Xbox-game van het jaar!